Feitenonderzoek geldigheidsduur van (water)bodemonderzoeken afgerond

Het onderzoek bevestigt dat er een grote verscheidenheid bestaat aan hoe wordt omgegaan met geldigheid van onderzoeksgegevens. MWH Stantec doet de aanbeveling om in wet- en regelgeving en beleid de vaste termijnen los te laten en de door de sector gewenste duidelijkheid op een andere manier in te vullen.

In opdracht van Rijkswaterstaat (Bodem+) heeft MWH Stantec onderzoek gedaan naar feiten en meningen rond de geldigheidsduur van (water-)bodemonderzoeken. Aanleiding voor dit onderzoek is de toenemende wens om bestaande bodemonderzoeken te hergebruiken. Die mogelijkheid wordt binnen verschillende trajecten verkend. Voorbeelden zijn de herziening van de NEN-protocollen 5717 en 5725, het programma BIDON en de Omgevingswet. De indruk is dat hergebruik van onderzoeksgegevens in veel gevallen op verantwoorde wijze mogelijk zou moeten zijn, maar er bleken in het werkveld verschillende opvattingen te bestaan over de geldigheidsduur van deze onderzoeksgegevens.

Het onderzoek bevestigt dat er een grote verscheidenheid bestaat aan hoe wordt omgegaan met geldigheid van onderzoeksgegevens. MWH interviewde voor dit onderzoek een groot aantal personen en voerde een uitgebreide deskstudie uit, omdat:

  • in voor landbodem van toepassing zijnde wetgeving, uiteenlopende termijnen worden genoemd.
  • de termijnen die door bevoegde overheden worden gehanteerd en de criteria om van deze termijnen af te wijken, variëren en deels afwijken van de wet- en regelgeving.

MWH Stantec doet de aanbeveling om in wet- en regelgeving en beleid de vaste termijnen los te laten en de door de sector gewenste duidelijkheid op een andere manier in te vullen. Dit kan bijvoorbeeld door in de NEN 5717 en NEN 5725 heldere criteria op te nemen op grond waarvan de bruikbaarheid van een (water)bodemonderzoek kan worden vastgesteld.

Aanvullende inzichten, feiten en meningen blijven welkom. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de helpdesk van het Informatiepunt Leefomgeving van Rijkswaterstaat.

Rijkswaterstaat kan geen uitspraken doen over de geldigheid van onderzoeksgegevens in specifieke gevallen. Hiervoor kunt u contact opnemen met het desbetreffende bevoegd gezag (doorgaans de gemeente of provincie).