Actuele versie tijdelijk handelingskader PFAS per 29 november 2019

Gepubliceerd 2 december 2019

Op 29 november 2019 is een geactualiseerde versie van het Tijdelijk handelingskader PFAS voor hergebruik van grond en baggerspecie beschikbaar gekomen. Minister Van Veldhoven informeerde de Tweede Kamer hierover in een kamerbrief. Belangrijkste wijzigingen zijn de voorlopige achtergrondwaarden voor PFAS in de landbodem en een voorlopig herverontreinigingsniveau voor PFAS in de waterbodem. Door de verruiming in de normstelling nemen de mogelijkheden voor hergebruik  van grond en baggerspecie weer toe.

Nieuwe tijdelijke normen op basis van meetresultaten

De nieuwe voorlopige normen voor PFAS in de land- en waterbodem zijn vastgesteld op basis van wetenschappelijk onderbouwd advies van het RIVM en Deltares op basis van metingen op diverse plekken in Nederland. Voor de landbodem zijn voorlopige achtergrondwaarden vastgesteld van 0,9 ug/kg voor PFOS en 0,8 ug/kg voor PFOA en de andere (individuele) PFAS verbindingen. Voor de waterbodem zijn voorlopige normen voor het herverontreinigingsniveau afgeleid van 3,7 ug/kg voor PFOS en 0,8 ug/kg voor PFOA en de andere (individuele) PFAS verbindingen. Het herverontreinigingsniveau geldt onder bepaalde voorwaarden als toepassingsnorm voor niet-vrijliggende diepe plassen

Belangrijkste wijzigingen in het tijdelijk handelingskader

Het geactualiseerde tijdelijke handelingskader van 29 november 2019 vervangt het de eerdere versie van het tijdelijk handelingskader van 8 juli 2019. De belangrijkste overige wijzigingen zijn:

  • De voorlopige achtergrondwaarden voor PFAS (0,8 ug/kg en 0,9 ug/kg) geven meer toepassingsruimte in gebieden met toepassingseis landbouw/natuur en voor toepassingen beneden grondwaterniveau. De bepalingsgrens (0,1 ug/kg) blijft wel gelden voor toepassingen in grondwaterbeschermingsgebieden.
  • De voorwaarden waarbij verspreiden van baggerspecie (art 35 sub g) in oppervlaktewater en toepassen van baggerspecie (art 35 sub d Bbk) in hetzelfde oppervlaktewaterlichaam (niet zijde diepe plas) zijn verduidelijkt en verruimd.
  • Toepassen van baggerspecie in niet-vrijliggende diepe plassen is onder bepaalde voorwaarden weer toegestaan tot het herverontreinigingsniveau van 3,7 ug/kg voor PFOS en 0,8 ug/kg voor PFOA en de andere (indivduele) PFAS.
  • De onderdelen 5 (gebiedsspecifiek beleid) en 7 (storten, reinigen, opslaan en saneren van PFAS-houdende grond en baggerspecie) zijn verduidelijkt en aangevuld, bijvoorbeeld over de mogelijkheden voor het storten van baggerspecie in de rijksbaggerdepots.

Veelgestelde vragen en antwoorden

Rijkswaterstaat Bodem+ heeft diverse vragen en antwoorden op de website over de werking en interpretatie van het tijdelijk handelingskader. De veelgestelde vragen en antwoorden zijn aangepast op de actuele versie van het tijdelijk handelingskader.