Bodem in balans, NSOB 5-10-2015

Een evaluatie van de organisatie van de uitvoering van het Convenant Bodemontwikkelingsbeleid en aanpak spoedlocaties 2010 – 2015.

Het bodembeleid in Nederland is al enkele jaren flink in beweging. Niet alleen door de decentralisatie van verantwoordelijkheden en uitvoering van het bodembeleid van het Rijk naar provincies en gemeenten, maar ook door een verschuiving in de focus van het beleid. De kwaliteit van het bodemsysteem is in de loop der tijd onder druk komen te staan door vervuiling en de sterk toegenomen vraag naar ruimte. Er is een betere balans nodig in het bodembeleid: een beleid dat de balans bewaakt tussen enerzijds het gebruik van de bodem en anderzijds het behoud van de kwaliteit ervan. Daarom hebben het ministerie van I&M, het IPO, de VNG (Vereniging Nederlandse Gemeenten) en de Unie van Waterschappen het ‘Convenant Bodemontwikkelingsbeleid en aanpak spoedlocaties 2010 – 2015’ ondertekend. Het uitgangspunt van dit bodemconvenant is dat het bodembeleid meer geïntegreerd moet worden in een gebiedsgerichte benadering, in samenhang met het water- en energie­beleid en beleid voor de ondergrond. Een complexe en gezamenlijke opgave, die alleen in goede samenwerking tussen de verschillende betrokken partijen succesvol kan zijn. Dit essay evalueert de samenwerking van de organisatie van de uitvoering van het Bodemconvenant, en benoemt daarnaast enkele belangrijke vraagstukken voor het vervolg van die samenwerking.

schermafbeelding-2015-11-17-om-15-35-40-175x268