Is onderzoek op asbest noodzakelijk bij een partijkeuring als eerder verkennend of nader asbestonderzoek volgens NEN 5707 is uitgevoerd?

Vraag

Is onderzoek op asbest noodzakelijk bij een partijkeuring als eerder verkennend of nader asbestonderzoek volgens NEN 5707 is uitgevoerd?

Antwoord

Dit blijkt niet duidelijk uit de regelgeving, noch uit de onderzoeksprotocollen. Dit vraagstuk is daarom in het voorjaar van 2017 besproken binnen het ministerie van Infrastructuur en Milieu (nu Infrastructuur en Waterstaat), met enkele omgevingsdiensten en binnen de NEN-projectgroep asbest. Uit deze besprekingen komt het volgende advies:

  • Als uit een verkennend onderzoek of nader onderzoek volgens NEN 5707 een asbestgehalte (gewogen gehalte) is vastgesteld dat hoger is dan 100 mg/kg, dan moet bij de uitvoering van een partijkeuring vanzelfsprekend altijd op asbest onderzocht worden.
  • Als uit een verkennend onderzoek of nader onderzoek volgens NEN 5707 visueel en analytisch wel asbest is aangetoond maar dit gehalte lager is dan 100 mg/kg, dan kan volgens de NEN 5707 niet geconcludeerd worden dat de bodem niet meer verdacht is op asbest. Bij een partijkeuring moet dan alsnog ook op asbest worden onderzocht.
  • Als uit een verkennend onderzoek of nader onderzoek volgens NEN 5707 visueel en analytisch geen asbest is aangetoond (lees: het asbestgehalte is lager dan de bepalingsgrens), dan kan volgens NEN 5707 redelijkerwijs worden aangenomen dat de bodem niet meer verdacht is op asbest. Onderzoek op asbest bij een partijkeuring is dan niet noodzakelijk.

Toelichting

Een partijkeuring kent (niet alleen voor asbest, maar ook voor andere stoffen) een andere onderzoeksintensiteit dan een verkennend bodemonderzoek. Een partijkeuring heeft immers ook een ander doel (vaststellen milieuhygiënische kwaliteit van een toe te passen partij in het kader van het Besluit bodemkwaliteit). Het ligt daarom voor de hand om bij de partijkeuring alle stoffen mee te nemen die volgens eerder vooronderzoek en bodemonderzoek worden verwacht.