Een partij herbruikbare grond is onderzocht middels een partijkeuring (BRL 1000), waarna enkele (grove) bodemvreemde materialen uit de partij gezeefd zijn. Is de oorspronkelijke partijkeuring bruikbaar als bewijsmiddel voor de toepassing?

Vraag

Een partij herbruikbare grond is onderzocht middels een partijkeuring (BRL 1000), waarna enkele (grove) bodemvreemde materialen uit de partij gezeefd zijn. Is de oorspronkelijke partijkeuring bruikbaar als bewijsmiddel voor de toepassing?

Antwoord

Deze situatie wordt niet benoemd in het Besluit en de Regeling bodemkwaliteit. Relevant is of de oorspronkelijke partijkeuring voldoende representatief is voor de partij na het zeven. Dit is ter oordeel van het bevoegd gezag. Doorgaans zal de kwaliteit van een partij grond na het zeven niet veranderen of mogelijk licht verbeteren. Als het uitzeven reeds is voorzien, dan is het mogelijk om hier bij de keuring rekening te houden door de grovere delen die later worden uitgezeefd niet in het monster mee te nemen of in de voorbehandeling in het laboratorium uit te laten zeven. Het is dan niet toegestaan om de partij ongezeefd elders toe te passen omdat het kwaliteitsbewijs (partijkeuring) alleen betrekking heeft op de grond exclusief de grove bodemvreemde materialen.

Zie ter vergelijking ook de uitzondering bij het tijdelijk uitnemen grond of baggerspecie (art 36 Bbk, derde lid). In de Nota van Toelichting bij artikel 36, derde lid is aangegeven dat het uitzeven van bodemvreemde materialen niet als een bewerking wordt gezien.