Kamerbrief en inventariserend onderzoek thermisch gereinigde grond in Rijkswaterstaat werken

Gepubliceerd 16 april 2020

Op 14 april stuurde Staatssecretaris Van Veldhoven een kamerbrief over de stand van zaken toezeggingen en de aanpak van de stagnerende thermisch gereinigde grondmarkt. Met deze brief is de Tweede Kamer ook geïnformeerd over het rapport Inventariserend onderzoek Thermisch Gereinigde Grond in Rijkswaterstaat werken dat Rijkswaterstaat liet uitvoeren.

Aanleiding en resultaten onderzoek

Nadat in 2017 bekend werd dat toegepaste thermisch gereinigde grond (TGG) niet altijd voldoet aan de kwaliteitseisen volgens de wet- en regelgeving, heeft Rijkswaterstaat uit voorzorg besloten om TGG vooralsnog niet meer toe te passen.

Na dit besluit is een aantal onderzoeken gestart, waarin de kwaliteit van de TGG en de mogelijke toepassingen onderzocht zijn. Na afronding van deze onderzoeken is Rijkswaterstaat momenteel in gesprek met de markt om te kijken of en onder welke voorwaarden toepassing weer mogelijk is. Daarnaast heeft Rijkswaterstaat als beheerder een zorgplicht. Om die reden is de actie uitgevoerd om te inventariseren waar eerder, onder certificaat geleverde TGG is toegepast in werken. In totaal zijn 26 werken door Rijkswaterstaat in beeld gebracht, waar in het verleden TGG in opdracht van Rijkswaterstaat is toegepast.

Vervolgacties en vervolgonderzoek

Behalve dit onderzoek heeft Rijkswaterstaat visuele inspecties uitgevoerd bij een aantal werken uit deze inventarisatie. Daaruit zijn geen signalen voortgekomen dat de TGG in de geïnventariseerde werken niet voldoet. Ondanks dat heeft Rijkswaterstaat vanuit haar zorgplicht besloten om controleonderzoek te doen, waarbij gestart wordt met metingen ter plaatse. Rijkswaterstaat heeft aangegeven daarbij te beginnen bij de top 5 locaties uit het onderzoek. In het rapport is daartoe een rangschikking gemaakt die dient om het onderzoek risicogestuurd op te zetten.

Daarbij wordt begonnen bij werken waar in theorie een mogelijkheid bestaat van milieuhygiënische effecten. Dit houdt in dat er geen reden is om uit te gaan van milieuhygiënische effecten, maar dat deze locaties op basis van ligging, soort toepassing en hoeveelheid gebruikte TGG in theorie de grootste kans hebben op het optreden van milieuhygiënische effecten. De rangschikking draagt bij aan een gerichte uitvoering.

Het controleonderzoek bestaat uit monitoring van de grondwaterkwaliteit rond het werk waarin TGG is toegepast. Per locatie wordt het meetplan verder uitgewerkt. Op basis van de meetresultaten bij de eerste werken wordt vastgesteld of het noodzakelijk is om het onderzoek al dan niet uit te breiden. Uit de inventarisatie volgt verder dat 8 van de 26 werken in beheer zijn bij mede-overheden. Met deze partijen wordt contact opgenomen over de aanpak en het controle onderzoek.

Overleg met de bedrijven

In 2019 zijn de voorraden van twee thermische grondreinigingsbedrijven onder toezicht van de ILT door deze bedrijven herkeurd. Beide bedrijven geven volgens de ILT een betrouwbaar beeld van de kwaliteit en eigenschappen van de oude TGG die is opgeslagen en mogen deze TGG weer aanbieden. Het streven is om de toepassing van TGG onder voorwaarden weer te hervatten, mits uiteraard wordt voldaan aan de kwaliteitseisen uit het Besluit bodemkwaliteit. Vanwege het uitlooggedrag van TGG zijn de oude voorraden alleen onder bijzondere voorwaarden toepasbaar, namelijk brakke en zoute milieucondities. De branche geeft aan dat de nieuw geproduceerde TGG aan hogere kwaliteitseisen voldoet, deze zal breder toepasbaar zijn. De bedrijven zijn er van op de hoogte dat de toepassingsmogelijkheden om maatwerk vragen en denken actief mee.