Instrumenten in het agrarisch werkveld

Gepubliceerd 24 september 2018

Om besluitvormingsprocessen transparanter en gegronder te maken, wordt er vaak gebruik gemaakt van instrumenten. Zo ook voor de verschillende problematieken rondom bodemdaling. Door Rijkswaterstaat/Bodem+ is de zoekmachine Bodemvizier in het leven geroepen. Hierin is niet alleen een breed scala aan instrumenten verzameld, maar ook gegroepeerd op basis van bijvoorbeeld een bepaalde type opgave. Veel van deze instrumenten zijn door allerlei betrokken partijen op verschillende momenten gebruikt, met veelal positieve resultaten. In een reeks besteden we maandelijks kort aandacht aan het gebruik van instrumenten. In deze vierde editie is Tessa de Ruyter, adviseur water bij LTO Noord, aan het woord over het het gebruik van instrumentarium in het agrarisch werkveld.

Hoewel Tessa in mindere mate gebruik maakt van instrumenten, is zij als onderdeel van haar werkzaamheden wel vaker betrokken bij sessies/werkgroepen/bijeenkomsten waar instrumentarium, richtlijnen en visies centraal staan.

Als belangenbehartiger van het agrarisch werkveld, is het van groot belang dat zij op de hoogte is van verschillende projecten die niet alleen op een bepaald moment gaande zijn, maar ook projecten en programma’s die gepland zijn. Daar is dus een goed overzicht van “wie met wat bezig” is nodig. De verschillende instrumenten in de Routeplanner, zoals de Krachtenveldanalyse en de Doelgroepenanalyse Gebiedsgericht grondwaterbeheer, zouden zich goed kunnen lenen als methodieken om wensen en belangen van vele andere organisaties betrokken bij bijvoorbeeld bodemdaling in kaart te kunnen brengen.

In het verleden is Tessa ook betrokken geweest bij sessies rondom het identificeren van governance handelingsperspectieven voor bodemdaling in de Middelburg & Tempelpolder, waarin gebruik werd gemaakt van de adaptatiepaden methodiek. Het gebruik hiervan werd als zeer positief ervaren: “het is een fijne manier om in een multi-actor omgeving over een afgebakend probleem ontwikkel strategieën te identificeren en te bediscussiëren. Het wordt toch al snel (te) inhoudelijk, het is daarom belangrijk dat de essentie en het doel van zulke sessies goed benadrukt worden”, aldus Tessa.

Hoewel LTO ook een erg inhoudelijke en praktische organisatie is, wordt er steeds meer werk verricht op strategisch vlak. In dit kader heeft zowel LTO Noord als LTO Nederland recent een visie uitgebracht op bodemdaling. In deze visie presenteert LTO Noord regio west haar visie en ambitie over bodemdaling en vraagt ook de nodige ondersteuning hierbij vanuit overheden. Hierbij zet LTO Noord in op het afremmen van bodemdaling door middel van innovatieve technieken en op het experimenteren met onder andere watermanagement, drainagetechnieken en andere vormen van teelten. Ook worden alternatieve verdienmodellen aangestipt, zoals verdienmodellen in de natte veehouderij en Carbon Credits. LTO Noord initieert projecten en stimuleert investeringen in maatregelen om bodemdaling af te remmen, waarbij initiatief en de uitvoering bij voorkeur vanuit ondernemers komen en de ondernemersvrijheid gewaarborgd blijven. Hierbij is een krachtige samenwerking tussen ondernemer en overheden essentieel.

Uitvoering en initiatief van onderaf, behoud van de agrarische functie en economische status en toekomstperspectief voor de ondernemer moeten centraal staan.

Deze visie is dan ook sinds 19-9-2018 via de routeplanner te lezen.